Toen mobiele telefoons voor het eerst op de markt werden uitgebracht in de jaren negentig had niemand kunnen voorspellen dat de technologie zich zo snel zou ontwikkelen en dat iedereen al vrij vlot zou rondlopen met kleine computertjes op zak met oneindig veel functies. De smartphone maakt nu deel uit van het dagelijks leven voor de meeste mensen en het is moeilijk om te bedenken hoe we ons leven regelden voordat we ze hadden!
Er is eigenlijk geen vastgestelde definitie die duidelijk het verschil vaststelt tussen een ‘normale’ telefoon en een smartphone, maar het wordt algemeen geaccepteerd dat smartphones anders zijn in het opzicht dat ze een geavanceerde application programming interface (API) voor applicaties van derden.
Veel mensen begrijpen dat een smartphone een telefoon is gecombineerd met een goede computer waardoor ze in staat zijn apps te downloaden, muziek te beluisteren, films en televisie kunnen streamen, informatie kunnen opslaan en zelfs nog mensen kunnen bellen voor een praatje.
Miljoenen mensen ter wereld zijn afhankelijk van hun smartphones voor zo ongeveer alles, van het bekijken van hun favoriete programma’s tot het vinden van hun weg.
Fitness apps en spellen zijn ook extreem populair. Casino spellen op websites zoals SpinPalace.com kunnen bijvoorbeeld gedownload worden en gespeeld worden op een smartphone – dit geeft je toegang tot de beste spellen waar je ook maar bent.
De allereerste telefoon die werd uitgebracht als zijnde een smartphone was de Ericsson R380 in 2000. Het combineerde in feite een palmtop, ook wel pda, met een mobiele telefoon.
In 2002 bracht Nokia ’s werelds eerste cameratelefoon uit in Europa, de 7650, en in 2007 kwam de immens populaire N95 op de markt. Deze telefoon combineerde een heel scala aan multimedia functies dat al snel de norm zou worden, inclusief een 5 megapixel camera, 3G en de mogelijkheid om verbinding te maken met wifi.
Al deze telefoons gebruikten de SYMbian Operating System (OS) wat tot en met 2011 het beste smartphone platform was totdat Googles Android OS beter ging presteren. Nokia, inclusief de Nokia Lumia serie, gebruikt tegenwoordig Windows Phone als zijn OS.
De eerste telefoon die Android gebruikte was de HTC Dream in 2008, die veel van Googles eigen software bevatten, waaronder Maps en Gmail maar ook een HTML browser. Apps van derden en betaalde apps waren ook beschikbaar via Google Play (vroeger Android Market).
Tegen het einde van 2010 was Android het best verkochte platform geworden. In 2011 bracht HTC de EVO 3D uit, die 3D kon opnemen en afspelen. De Samsung Galaxy S III werd een ongelooflijk succes met Android OS en tegen het einde van 2012 waren er 18 miljoen exemplaren verkocht.
Veel mensen zijn verbaasd als ze horen dat de bestseller van de smartphones niet Apple is. Apple fans zijn befaamd om hun fanatisme en hun loyaliteit aan Apple – met een goede reden. In 2007 was de originele iPhone de allereerste die een touchscreen interface aanbood.
Het jaar erop werd de volgende generatie iPhones aangeboden, met een hoop verbeteringen waaronder 3G en de gloednieuwe App Store via iTunes voor apps van derden. De App Store was een denderend succes en tijdens het eerste jaar werden meer dan een biljoen apps gedownload.
In 2010 werd de iPhone 4 op de markt gebracht die de mogelijkheid had om video conferenties te houden door een camera zowel op de voor- als achterkant van de telefoonte plaatsen. De iPhone 4S had een dualcore A5 processor, een 8 megapixel camera en Siri – een personal assistant-toepassing met iCloud. Afgelopen september zagen we telefoons zoals iPhone 5 en iOS6 op de markt komen, die functies hadden zoals Apple Maps, panoramische fotografie en Passbook.
En tegenwoordig heeft de iPhone al vingerherkenning, waarmee je de telefoon mee wakker maakt. Maar of dat helemaal goed werkt?